We betreden het land van de berbers

De contouren van de heuvels vervagen in de avondnevel. Mijn lichaam tintelt van een gevoel van liefde voor de geluiden en vormen om me heen - een gevoel van zinnelijke opwinding dat alles wat zo nieuw en onbekend is, in zich wil opzuigen. Dat was wat ik voelde op de eerste kampeeravond van onze Marokko-reis. De eerste nacht in de vrije natuur onder het tentdoek, het samenzijn en ervaren van die tocht, het samen delen van een klein tentje en het inleven in die andere cultuur.

De kok van de expeditie kookt steeds op een schaduwrijk en mooi plekje. ‘Bismillah’ klinkt het bij iedere maaltijd. Die man is goud waard. Chukran ! (Dank u). Hij en zijn assistenten lopen steeds voorruit. Bij aankomst in het kamp hebben we steeds de tijd om ons tent op te zetten, te praten, te rusten of gewoon de atmosfeer van het land en zijn bewoners op te nemen. Het vormt het begin van het acclimatiseren aan de hoogte (aanvankelijk 1600m). Doordat we nu gescheiden zijn van de wereld, die we achterlaten, versterkt de teamgeest.

Ons doel is een fijne trektocht en de beklimming van de M’Goun (4046m hoog) met succes af te ronden. De ‘Oumsoud’ -zoals de eigenlijke top noemt- wenkt ons toe vanop 4068m met als kers op de taart en aanloop een 3km lang gebogen traject over een prachtige bergkam. De weg naar de top neemt 6 dagen in beslag. De beelden en geluiden tijdens onze trektocht langs menige dorpjes houden onze aandacht gevangen. We betreden het land van de berbers in het gezelschap van diezelfde berbers. Een heuse karavaan, gevormd door de drijvers met hun ezeltjes geladen met bagage en kampeermateriaal en het klimteam, trekt door een prachtig,okerkleurig natuurdecor. De Oumsoud is omringd door geweldige canyons en voorziet met zijn smeltwater en rivier de plaatselijke bevolking van het levens-noodzakelijke water, dat eerst wild door een van de smalle kloven stroomt (Imi Nifri en zovele andere), later rustiger wordt en via de talrijke irrigatiekanaaltjes de velden bevloeit. Regelmatig waden we in en door heerlijk, koel stromende riviertjes. Bruin-rode granietstenen in het bergmassief en hoogoprijzende rotswanden tekenen zich af aan de horizon. Een karavaan met muilezels en trekkers. Boven ons troont de M’Goun met zijn geweldige rotsmassa. Soms zijn de dorpjes groter dan verwacht. Midden tussen de grote en kleine terrassen, liggen de huizen met hun lemen daken als kralen van een ketting tegen de helling gekleefd. We trekken door gigantische kloven, die gedurende miljoenen jaren door rivieren zijn uitgesleten tot dieptes van 2000m als littekens door het onhergzame land. De uitzichtpunten: natuur als theater.

Om ons volledig in te leven in de cultuur van onze metgezellen krijgen we elk een Marokkaanse naam en de groep in zijn totaliteit vormt vanaf nu ‘Les Gazelles’: Gerlinde-Naïma, Kris-Salem, Micheline-Aïsha, , Hilde-Selma, Lieve-Leyla, Marleen-Meryem, Pascaline-Nora, Renilde-Khadija, Rita-Rita, Sally-Zara en Ynske-Soukaïna.

Onze gids, Ibrahim, lenig lopend als een gems, leidt zijn gazellen door het kleurrijke Atlasgebergte. Daar staat hij in zijn zachtblauwe Berberpak en tulband. Hij straalt volmaakte zekerheid uit maar kan toch zijn nervositeit niet helemaal wegsteken. De oudste drijver is daarentegen de rust in persoon. ’s Avonds getooid in zijn prachtige bruine ‘djellabah’ (lang gewaad met capuchon) lijkt hij wel de stamvader van ons team.

Op onze tocht ontbreekt het niet aan contacten met de plaatselijke bevolking. Meermaals kruisen we op ons pad Berbers per ezel.

Langs de boorden van de M’Goun-rivier worden we uitgenodigd door een plaatselijke bewoonster om haar watermolen aan de Gorges Assif Zaoyat te bezichtigen. De oudere berbervrouw toont ons de maalsteen in werking. De meest opmerkelijke ontmoeting is evenwel deze met de hardloper bovenop de bergkam van de M’Goun. Hij oefent voor een Arabische marathon vertelt onze gids, Ibrahim.

In één van de vele dorpjes worden we door de bewoners uitgenodigd op thee en brood.

We trekken onze bergschoenen uit en stappen in het leven van deze kleine moslimgemeen-schap. Het onthaal is hartelijk en Ibrahim vertaalt wat onze gastheer als boodschap wil meegeven en wat hij vertelt over zijn gezin. Het gastgezin straalt vriendelijkheid en openheid uit. Vele nieuwsgierige kinderoogjes, soms schuchter, soms vrij en wrank volgen aandachtig die vreemde groep bezoekers.

Laatste update op: 25-08-2021